Room 1, foto Stephan Velema
Dansen op het leven en de dood – Timelesstime van MAISON the FAUX bij MU
In de imposante totaalinstallatie van MAISON the FAUX in MU dansen dansers met hun levenloze evenbeeld, als in een poging de tijd te doen keren.
‘Verliezen of winnen we tijd met het verstrijken van de jaren?’, vragen ontwerpers Tessa de Boer en Joris Suk van MAISON the FAUX zich af. ‘Maakt fysieke aftakeling ons kwetsbaar en angstig voor de dood of is het een drijfveer om meer te creëren?’ In hun totaalinstallatie bij MU gaan de ontwerpers lastige kwesties niet uit de weg. Het is een filosofische tentoonstelling, die achter het spektakel tal van diepere lagen kent.
De Boer en Suk richtten MAISON the FAUX in 2013 op als modestudio, maar hebben hun aandacht de laatste jaren verlegd naar grootschalige projecten en performances. In De Volkskrant lieten ze recentelijk in een interview doorschemeren dat het wat hen betreft interessant zou zijn om te onderzoeken of het ‘Maison’ nog wel ‘tot de mode’ gerekend kan worden nu ze niet meer de focus op het ontwerpen van kleding leggen. Al langer kenmerkt hun werk zich door een uitgesproken combinatie van veel media in overweldigende totaalinstallaties die het publiek uitdagen om de wereld op een andere manier te bekijken.
In Eindhoven wordt de bezoeker met geur, licht, geluid en performance ondergedompeld in een waar ‘MAISON the FAUX-universum’
Dit jaar bestaat MU Hybrid Art House 25 jaar en viert MAISON the FAUX het tienjarig bestaan. Ze besloten samen te werken in een presentatie die gewijd is aan het verglijden van de tijd. In Eindhoven wordt de bezoeker met geur, licht, geluid en performance ondergedompeld in een waar ‘MAISON the FAUX-universum’. De grote industriële ruimte van MU is opgedeeld in vier verschillende ROOMS of ‘landschappen’, die lijken te verwijzen naar de vier seizoenen en verschillende levenscycli. Elke ruimte is opgebouwd rond een materiaal, een natuurlijk product als stro, rubber en zand.
De opdeling in seizoenen kun je beschouwen als een uitnodiging de installatie cyclisch te benaderen, als een continuïteit eerder dan als een lineair tijdsverloop. Je kunt er ook een reflectie in zien op de mallemolen van de mode-industrie, die haar ontwikkeling per seizoen definieert. Nieuwe collecties volgen elkaar per seizoen op, jaar na jaar, onophoudelijk.
De eerste ROOM die ik als bezoeker binnenstap is de ruimte van ‘deep time’; van de geologische tijd. Het is een kille ruimte met een betonnen podium, waaromheen stenen ledematen staan, als lugubere achterblijfsels van menselijke aanwezigheid. Iets verderop biedt een donkere, gure ruimte vol afgedankte rubberen banden en een modderbad ruimte voor het landschap van fossiele brandstof en extractivisme. Deze donkere, wat dystopische ruimte, toont een wereld die langzaam wegzinkt in het zwart. Een derde derde landschap is opgebouwd uit stro. Van alle verschillende landschappen (of scènes) in Eindhoven raakt deze het meest aan de natuur, de oogstmaand en het boerenleven. Het vierde landschap zinspeelt op de wederopstanding in een scène met geurende naast verwelkte bloemen. In het midden staat een glazen doodkist, waarin een pop ligt. Opgetut en gehuld in een felroze gewaad met glitterpumps oogt ze als een ‘schone slaapster’ die erop wacht wakker gekust te worden.
Onder het spektakel van de overweldigende ensceneringen, met al hun dynamiek en videobeelden, openbaart zich een bedachtzame installatie, waarin symboliek van de vanitas de overhand heeft. De motieven lijken soms rechtstreeks ontleend aan zeventiende-eeuwse schilderkunst. Ik zie ze niet alleen terug in het gebruik van de seizoenen herfst-winter-lente, maar ook de ledematen, botten, oogballen, een zandloper en veel bloeiende naast verwelkte bloemen.
De ledigheid van het bestaan komt ook terug in de performances die op vrijdagmiddagen de tijd in al haar verschijningsvormen tot leven brengen. Alle performers dragen een levensloze pop met zich mee, die een evenbeeld van ze vormt, waar ze een intieme en levendige relatie mee lijken te hebben. Het is alsof ze de dood recht in de ogen kijken, er niet bang meer voor zijn. Als vanzelfsprekend gaan ze ermee om, liefdevol, troostrijk. Het levert veel ontroerende momenten op.
Het is alsof ze de dood recht in de ogen kijken, er niet bang meer voor zijn. Als vanzelfsprekend gaan ze ermee om, liefdevol, troostrijk
De dans van de performers, die overigens gekleed zijn in creaties van MAISON the FAUX, beginnen elk in een eigen landschap en al dansend komen ze samen in de middenruimte, waar een spiegelwand op ze wacht. In de eerste ruimte draagt de performer een zwarte leren jurk en lange handschoenen en hoge hakken. Deze figuur speelt het uitbundigst van allemaal met de levensgrote pop, die op de rug wordt genomen om vervolgens samen door de modder te manoeuvreren. Even later wordt de pop begraven en gaat de danser ernaast liggen. Het landschap mag grauw en somber overkomen, de performance is juist zorgzaam.
Het is een houding die je vooral bij de andere dansers terugziet. De performance in het strobalen landschap is zelfs luchtig te noemen; de performer draagt een witte, lichtdoorschijnende blouse en wijde broek. Ze bouwt aan een troon van strobalen en begraaft haar pop in een huisje van stro.
Elk half uur komen alle performers samen bij de centrale spiegel. Na de melancholieke solo’s zijn ze hier energiek en daadkrachtig in hun bewegingen; ze vieren het leven, elk op een eigen manier. Vol overgave storten de performers zich op hun rol, ze kreunen erbij, alsof ze pijn hebben, maar sluiten de performance toch af met een voldane zucht en een lach. Tijd is een persoonlijke invulling, je hebt het zelf in de hand. Maar ik zie de verschillende ruimtes evengoed als een bewijs dat je geleefd wordt door de tijd.
Als bezoekers na afloop van de performance vragen waarom vergankelijkheid en de dood soms zo grauw gepresenteerd worden, stelt Suk: ‘de dood ís ook grauw’. Sterven is eng, maar heeft ook hele mooie kanten, benadrukt hij. De Boer stelt dat je vooral zelf moet bedenken wat het voor je betekent. TIMELESSTIME wil aansporen tot reflectie op de verhouding van leven en de dood. Maar ‘the mind is free to wander’, zegt hij. Het is een opzet die MU wel past. Al 25 jaar wil het een ‘bron van diepgang en relativering’ zijn, waarbij grote ingrepen niet worden geschuwd. Ook bij MAISON the FAUX, waar 300 strobalen, tien kuub zand en een container vol afgedankt rubber zijn binnengebracht. Het heeft geresulteerd in een overweldigende installatie die je totaal opslokt en laat nadenken over tijdsbeleving en vergankelijkheid.
MAISON the FAUX, TIMELESSTIME, MU HYBRID HOUSE, Eindhoven t/m 26.11.2023
Op 24 november is de laatste gelegenheid om een performance bij te wonen.
Vera van Nuenen
is onderzoeker en criticus van Art, Culture & Fashion