Guten Morgen, Europa!
Europa
In mei 2000 plaatste het Duitse weekblad Der Spiegel een afbeelding van het Franse supermodel en de actrice Laetitia Casta op de cover. In een sexy pose gezeten op een zwarte stier met de titeltekst: ‘Guten Morgen, Europa! Handys, Hightech und Reformen. Wie der alte Kontinent die Wirtschaftsmacht USA attackiert.’ Negentien jaar later kijk je toch met andere ogen naar de keuze voor dit coverbeeld van toen. Was het destijds nog een beeld van macht, kracht en charme waarmee Europa de wereld tegemoet trad, tegenwoordig associeer je het eerder met #MeToo en groezelig seksistisch machtsmisbruik.
De grootse, superieure beeldspraak past Europa niet langer, nu het verwikkeld is in een gevecht tegen zichzelf (populistische politici) en tegen ontwikkelingen daarbuiten (de protectionistische politiek van Amerika, de politieke beïnvloeding van Rusland). De economische macht heeft zich inmiddels verplaatst naar andere gebieden, zoals Azië. Hoe zou je Europa tegenwoordig beter kunnen verbeelden? Voor de expositie Guten Morgen, Europa! in het Rotterdamse A Tale of a Tub heeft curator David Jablonowski (Bochum, Duitsland, 1982) tien kunstwerken verzameld die naar zijn mening het Europa van nu neerzetten. Jablonowski, zelf kunstenaar en bekend van gelaagde, hybride installaties, had de behoefte om in deze context te kiezen voor uitgesproken beelden die de huidige onrust en onderbuikgevoelens in de Europese gemeenschap zichtbaar maken. Hij selecteerde voorstellingen die voor hem persoonlijk de huidige tijdsgeest goed weergeven en tegelijkertijd nostalgische gevoelens bij hem oproepen. Opmerkelijk is dat de curator zich daarbij – ook omdat hij in de begeleidende tekst naar een computergame verwijst – verre houdt van nieuwe media: de expositie bestaat uit schilderijen, sculptuur en assemblages.
Jablonowski koos twee generatiegenoten, Jannis Marwitz (Neurenberg, Duitsland, 1985) en Patrizio di Massimo (Jesi, Italië, 1983), die opgroeiden in dezelfde tijd als hij en dus hetzelfde referentiekader hebben, maar heel ander werk maken dan de curator zelf. Zo mogelijk opvallender is diens keuze voor het werk van de Braziliaanse kunstenaar Anna Bella Geiger (Rio de Janeiro, 1933). Als dochter van Joods-Poolse immigranten deelt ze een Europese achtergrond, maar het is vooral mondiale geopolitiek waar ze zich in haar werk toe verhoudt.
Marwitz en Di Massimo haken in hun werk in op grote Europese culturele tradities, de schilderkunst en de mythologie, die al eeuwenlang de belangrijke vertellers zijn van de Europese overlevering. Toch zijn het tegelijkertijd mondiale thema’s die de toon zetten in de tentoonstelling. Angst voor onbekende culturen of de dreiging van oorlog zijn geen thema’s die uitsluitend aan ons continent zijn voorbehouden.
Di Massimo verwijst in zijn schilderijen en sculpturen onder meer naar de moeizame verhouding tussen de westerse en niet-westerse wereld, en naar tastbare maar moeilijk grijpbare dreigingen. Neem bijvoorbeeld zijn schilderij I mostri che abbiamo dentro (The monsters inside) (2018), waarop de kunstenaar zelf, versuft liggend onder een wit laken, wordt beroofd van zijn ingewanden door figuren rondom zijn bed – in wie onder meer Dracula en Frankenstein zijn te onderscheiden. Het is niet zo ingewikkeld om in deze context in de centrale figuur Europa te herkennen die zich bedreigd weet door haar eigen eeuwenoude angstbeelden. Komt het gevaar dat hier dreigt van buiten of uit eigen gelederen?
Zijn sculptuur I am heraldic (2018) is een gordijnkwast van twee en een halve meter hoog die zowel naar ultieme huiselijke truttigheid verwijst, als naar militaire rangorde. Het is een eigenaardige figuur die zich centraal in de ruimte opstelt, elk historisch vertoon reducerend tot een enorme poppenkast. Het moment van vrede, van huiselijke kalmte dat erin verscholen zit, is slechts een illusie en kan elk moment bruut verstoord worden.
De schilderijen van Marwitz bieden bontgekleurde kitscherige allegorieën, waarbij niet duidelijk is welke les je eruit moet trekken. Bij het werk Summer as a Button Vendor (2018) lijken de mannelijke figuren Zomer en Herfst te twijfelen over het ruilen van een paar knopen tegen een paar goudkleurige dierfiguren. Gaat het hier om een cynische uithaal naar de koloniale tijd waarin kooplui zich in ruil voor een paar knopen, spiegeltjes en ander waardeloos spul kostbare grondstoffen toe-eigenden, of is het een kritisch commentaar op ons huidige kapitalisme?
Marwitz heeft een wat karikaturale manier van schilderen, die soms wat stripachtig oogt. Het grote wordt klein gemaakt, niet alleen in vorm, ook in motief. Grootse gebeurtenissen worden gereduceerd tot huiselijke proporties. Door het toevoegen van alledaagse attributen aan de mythologische vertelling van de geboorte van de godin Venus in het werk Birth of Venus (domestic) (2018), maakt Marwitz er een schijnbaar grappig sprookje van: Venus ontspruit niet uit de gruwelijke castratie van de god Uranus, maar uit een waterstraal in een theekopje. Het lijkt alsof Marwitz wil aangeven dat de grote wereldse geschiedenis thuis in gang wordt gezet, niet in de openbare politieke ruimte, of op een andere plek waar je het eerder verwacht.
Ook Geiger maakt de wereld klein: die wordt tot kleine symbolische stukjes teruggebracht en in een lijstje of laatje gestopt. Met haar kleine collages en assemblages brengt ze wereldkaarten, afbeeldingen uit allerlei culturen en plaatjes of ruimtelijke weergaven van lichaamsdelen bij elkaar. Ze verwerpt daarmee persoonlijke barrières en landsgrenzen. Zie bijvoorbeeld haar werk Orbis Descriptio com África & Middle Orient (uit de serie Fronteriços, 2016); de minuscule globe, de engeltjes en het woord ‘local’ benadrukken dat we allemaal deel uitmaken van dezelfde wereld en dat lokaal in die zin een relatief begrip is.
Met hun mythologische verhalen probeerden de oude Grieken en Romeinen de wereld en de dingen daarin die moeilijk te bevatten waren, te verklaren. Hebben wij misschien (nieuwe) verhalen – en beelden –nodig om de onbegrijpelijke wereld van nu te begrijpen? Jablonowski’s eigenzinnige, wat kitscherige interpretatie van het hedendaagse Europa laat zich niet heel makkelijk verklaren. Er zitten veel elementen in van een karikatuur, alsof hij de huidige ontwikkelingen die voor een groot crisisgevoel in de Europese politiek zorgen niet helemaal serieus lijkt te nemen, of beschouwt als een enorme poppenkast, die we beter leren door te prikken. Anderzijds biedt de tentoonstelling een historische relativering, die laat zien dat de hectiek van vandaag van alle tijden is, evenals de angsten waarmee die gepaard gaan. Maar misschien dat we de tentoonstelling nog het beste beschouwen als een pleidooi voor een kleinschalig, hanteerbaar en tolerant Europa in een evenzo tolerante wereld. Populisme en andere crises hebben het wantrouwen aangewakkerd, maar we zouden ons er bewust van moeten worden hoeveel wij met elkaar aan verleden delen.