Videoland
Videoland
Kunsthal KAdE, Amersfoort
25.5 t/m 1.9.2019
Tien jaar bestaat Kunsthal KAdE (letterlijk: Kunst Aan de Eem). Het Amersfoortse kunstcentrum dat zich aanvankelijk in het pand van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed bevond en in mei 2014 verhuisde naar een grotere ruimte in het Eemhuis, viert het jubileum met een tentoonstelling met alleen videokunst. Een verrassende keuze voor een tentoonstellingsruimte die zich tot nu sterk heeft gemaakt voor een postmediale kunstpraktijk waarin het onderwerp van het werk belangrijker is dan zijn mediale vertaling. Kunsthal KAdE heeft zich afgelopen tien jaar sterk geprofileerd met thematische tentoonstellingen die veelal een narratieve inslag hadden. In de openingstentoonstelling Wonderland (2009) bijvoorbeeld, bracht een fantasygerelateerde mens en dier, en de tentoonstelling Shadowland (2010) was gewijd aan schaduwrijke kunst en alle betekenissen daaromheen. Ik heb die koers altijd wel slim gevonden, omdat er een benadering van kunst uitsprak die in het ‒ nog altijd modernistisch en individualistisch georiënteerde ‒ museumveld in Nederland niet sterk vertegenwoordigd is.
De jubileumtentoonstelling Videoland doet met haar mediumgerichte focus ogenschijnlijk een stap terug richting die modernistisch geïnspireerde praktijk waar de kunsthal eerder juist afstand van wilde nemen. Pas als ik de zaaltekst lees wordt me echter de reden achter de keuze helder. De tentoonstelling komt voort uit de behoefte aan het tonen van werk met een zekere eeuwigheidswaarde die aan het vliedende karakter van de wereld (en veel tentoonstellingen) ontsnapt. Het motto van de tentoonstelling komt uit een gedicht van Joost van den Vondel: ‘Dezer werrelt, die zo dwerrelt. Eeuwigh gaat voor oogenblick.’ Refererend aan met name de laatste zin zien de curatoren in video hét medium bij uitstek om uitdrukking te geven aan ‘een specifiek moment gevat in een idee van universele werkelijkheid’. Het medium wordt in staat geacht ‘het moment te isoleren in de “oneindigheid”’.
Of video daar nu zo’n geschikt medium voor is, geschikter dan schilderkunst of fotografie lijkt me voor discussie vatbaar, maar de bedoeling van de tentoonstellingsmakers wordt onderstreept bij het eerste en meest gezichtsbepalende werk uit de tentoonstelling: Nummer negen (2007) van Guido van der Werve. In een achtenhalf minuut durende stop-motionopname zien we de kunstenaar staand op de exact geografische noordpool in 24 uur tegen de zon in om zijn as draaien en zo een poging doen aan de tijd te ontsnappen.
Er volgen andere sterke werken, zoals The Man (2010) van Ragnar Kjartansson, die een langdurig eerbetoon brengt aan de destijds 97 jaar oude Pinetop Perkins, een zwarte bluesmuzikant waar de tijd geen grip op lijkt te hebben. Zittend achter een piano op een boerenveld onderhoudt hij zijn publiek met een concert van een uur, waarin hij zijn ouderdom niet verbergt, maar met krakende stem en passende bluesriedels aan de muziek het eeuwige leven verklaart. Treffend is ook Weather Forecast (2010) van Marijke van Warmerdam, die een badkuip filmt die middenin een rode kamer onderworpen is aan de cyclus van de seizoenen. Dat geldt ook voor de in Amersfoort regelmatig terugkerende gast Hans Op de Beek, met het werk Night Time (2015), een voor hem atypisch getekende animatie waarin hij onze romantische blik op de wereld probeert te relativeren door de ontwikkelingen in de wereld te vangen in ouderwets aandoende aquarellen. Van de altijd melodramatische Isaac Julien is het werk Western Union – Small Boats – The Leopard (2007) te zien, waarin hij de vluchtelingencrisis met veel theatraal vertoon probeert te mythologiseren.
Videoland mag weliswaar mediumgebonden zijn, maar is heel aders dan zelfanalytische modernistische videokunst. Aan de hand van video wordt een verhaal verteld over eeuwige waarden, in de vorm van wat je een grote een grote vanitasvoorstelling kunt noemen. Er spreekt het verlangen van de Kunsthal zich te onttrekken aan de maalstroom, naar kunst die eens niet ‘van zijn tijd’ is, maar van alle tijden. Een minpunt is dat de tentoonstelling, die bestaat uit elf videowerken, wel erg sterk steunt op één privéverzameling: de Ekard collectie uit Wassenaar, waar de helft van de werken uit afkomstig is. Anders dan normaal is er maar een werk dat speciaal voor de tentoonstelling is geproduceerd, Assume Vivid Astro Focus van Eli Sudbrack en Christophe Hamaide-Pierson, die voor de grote zaal een groot lichtspektakel projecteren op het plafond, dat je met koptelefoon op in een hangmat kunt bekijken. Laat dit gezichtsbepalende werk nu net het minst boeiende werk van de hele tentoonstelling zijn.
Domeniek Ruyters
is hoofdredacteur Metropolis M
Domeniek Ruyters
is hoofdredacteur van Metropolis M