metropolis m

Bamako Encounters
De 8e Afrikaanse fotobiënnale

De beroemde Afrikaanse fotobiënnale van Bamako, is uitgegroeid tot hét toonaangevende evenement voor de fotografie op het Afrikaanse continent. Het is meer en meer bepalend voor de wijze waarop de hedendaagse Afrikaanse fotografie beoordeeld wordt.

Eind 2009 vond gedurende een maand de Afrikaanse fotografiebiënnale plaats in Bamako, Mali’s stoffige hoofdstad. De vroegere edities van de biënnale presenteerden voornamelijk de genegeerde geschiedenis van de fotografie. In de loop van de jaren heeft de biënnale zich ontwikkeld tot een platform voor de manier waarop kunstenaars naar hedendaags Afrika kijken. De Bamako Encounters, zoals deze laatste editie werd genoemd, had als centraal thema ‘grenzen’. De biënnale bood een gevarieerde selectie van fotografische opvattingen van meer dan zestig kunstenaars uit Afrika.

Zoals de biënnaledirecteuren Michket Krifa en Laura Serani uitleggen, zijn de meeste Afrikaanse grenzen de erfgenaam van de koloniale heerschappij, die nog steeds conflicten veroorzaakt ‘tussen Afrikaanse staten over soevereiniteit, de distributie van economische reserves of etnische groepen’. Deze thematische benadering resulteerde in een grote assemblage van fotografie en video waarin internationale handel, migratie en de effecten van de oorlog op indringende wijze aan de kaak werden gesteld. Daarnaast bevatte de biënnale werk dat gericht was op ‘de culturele, sociale, nationale en persoonlijke identiteit’, want ook dit maakt onomstotelijk deel uit van de complexe realiteit in Afrika. Uiteraard zijn globalisering en de politiek van de identiteit onderwerpen die ook elders in de wereld spelen, maar de Bamako Encounters richt zich met name op de fotografie van dit continent.

De keuze voor het thema grenzen was om verschillende redenen een passende keuze. In de eerste plaats omdat het onderwerp ook speelt in Mali zelf, waarvan de grenzen zijn bepaald in 1884, tijdens een Berlijnse conferentie door de Europese koloniale machten. Een van de tragische resultaten daarvan is dat het Toeareggebied is opgesplitst is een Malinees deel en delen die toebehoren aan de buurlanden Algerije en Nigeria. De Toearegs zijn tot op heden aan het vechten voor hun onafhankelijkheid, die hen echter steeds onthouden wordt, met incidentele uitbarstingen van geweld tot gevolg. Ondanks de politieke gevoeligheid van het onderwerp koos Samuel Sidibé, de directeur van het Nationale Museum, zakelijk directeur van de biënnale en curator van de Malinese selectie fotografen, voor de serie Waiting for Happiness van Harandane Dicko. Bij zijn weergave van het leven van de Toearegs gaat Dicko verder dan een louter de documentaire stijl van fotografie wat resulteert in fascinerende beelden, zoals in de foto The Pleasure of Smoking.

Krifa en Serani hebben gelijk als ze schrijven dat grenzen in Afrika problematisch liggen, of ze nu door de mens artificieel zijn bepaald, of door natuurlijke barrières als rivieren en bergen tot stand zijn gekomen. De problemen die ze veroorzaken met betrekking tot de economische, sociale en culturele ontwikkeling is een centraal onderwerp in het werk van Bruno Boudjelal. Zijn installatie omvatte foto’s en video’s die verslag doen van een nog niet beëindigde reis van Noord- naar Zuid-Afrika. De foto’s doen denken aan filmstills; ze hebben de diffuse kwaliteit van de cameralens die op zoek is naar een fixatiepunt. De beelden en bijgevoegde geschreven notities getuigen van zijn engagement met het continent, en pleiten voor het openstellen van nationale grenzen, omdat die grenzen mensen verhinderen te reizen en handel te drijven.

Niet al het werk op de biënnale was rechtstreeks terug te voeren op het idee van kunst als een begrensde zone van vrijheid. Kunstenaars als Barthélémy Togue en Zak Ové toonden vrij autonoom werk. Togue ensceneerde een pastiche van de stereotiepe Afrikaanse president: een man van grote woorden en kleine betekenis. Op de foto Stupid Africa President zie je een verklede man die achter een prominente microfoon staat, met een kaart van Afrika voor zich, terwijl hij loopt te gebaren alsof hij wil zeggen: ‘Vertrouw op mij, ik meen het serieus.’

Ové daarentegen ensceneert niets, maar toont foto’s van mensen die carnaval vieren. In de woorden van Ové: ‘een optocht die is geïnspireerd op de geest van Afrika.’ Het resultaat wordt getoond in de serie Transfigura en een indrukwekkend werk met de titel The Devil is White. Het toont een zwarte man die surrealistisch wit geschilderd is. De maskerade is te zien als een protest tegen de witte slavendrijvers, die Afrikanen in de achttiende eeuw naar Trinidad vervoerden en dwongen afstand te doen van hun Afrikaanse tradities. In dit licht bezien zijn Ové’s foto’s onderdeel van de viering van creatieve vrijheid die tot op vandaag ertoe dient om de ban te doorbreken.

Veel bezoekers van de biënnale zijn afkomstig van het Noordelijk halfrond, vooral Europa, terwijl de lokale bevolking nauwelijks interesse stelt in het evenement. Misschien heeft dit te maken met de pogingen van de organisatoren om vooral buitenlandse bezoekers te lokken door voor hen transport, accommodatie en diners te organiseren. Het leek alsof het hele evenement gedomineerd werd door de Europese Unie en het Franse ministerie voor Buitenlandse en Europese Zaken, de Franse ambassade in Bamako, het Franse culturele centrum uit die stad en alle overige Europese sponsoren. Gezien de historische relatie tussen Mali en Frankrijk is een beetje koloniale kritiek hier wel op zijn plaats.

De biënnale van Bamako wekte zelf de indruk los te staan van de niet-Afrikaanse wereld. ‘Meer dan elders’, constateren de curatoren, ‘zijn grenzen in Afrika een belangwekkend onderwerp.’ Wat met dit ‘elders’ bedoeld werd was echter niet duidelijk, en daarmee ook niet welke standaards de curatoren hanteerden. De foto van Kader Attila uit de serie Square Rocks, die de omslag van de catalogus en de posters in de stad siert, suggereert de blik ‘voorbij Afrika’. De organisatoren hadden er goed aan gedaan dit ook in de praktijk kracht bij te zetten door ook kunstenaars uit andere delen van de wereld uit te nodigen, en gelegenheid te geven na te denken over de grenzen van Afrika én wat daarachter ligt.

‘Borders’ Bamako Encounters. 8th African Photo Biennial vond van

7 november tot en met 7 december 2009 plaats in Bamako, Mali

Kerstin Winking

Recente artikelen