metropolis m

Eric Wesley

Geen wereld zo verleidelijk als die van de televisie, het alomtegenwoordige supermonster dat in een handomdraai anonimiteit en armoede kan veranderen in roem en rijkdom. Geen discipline die zo jaloers is op de sociale impact en communicatieve uitstraling van televisie als die van de beeldende kunst. Geen wonder, daarom, dat televisie voor kunstenaars een onuitputtelijke inspiratiebron blijft. In de beeldende kunst is een discours ontwikkeld waarin een heel spectrum aan posities ten opzichte van het medium televisie is geformuleerd, variërend van formele onderzoeken naar haar technologische grenzen tot aan kritische analyses van haar ideologische, psychologische of sociaal-politieke potentieel.

In de tentoonstelling die de jonge, Amerikaanse kunstenaar Eric Wesley (1973, Los Angeles) bij Bowie van Valen maakte, staat de televisie als productiesysteem centraal. De presentatie is een uitbreiding van een werk dat Wesley vorig jaar toonde op de Whitney Biënnale: So, This Is Reality (2004). Hierin combineert de kunstenaar grote installaties met video en tweedimensionale werken, die je zomaar voor ‘gewone’ neomodernistische schilderkunst zou kunnen houden. Zoals vaker bij Wesley, wordt in eerste instantie weinig prijsgegeven over de betekenis van het werk. Van een wachtkamer-achtig vertrek, waarin een fotoboek op een salontafel ligt, loop je via een humoristische schilderij-sculptuur (met een banaan in zijn gebruikelijke slapstick-rol als fallussymbool, dit keer afgehakt en machteloos) naar een oceaanblauwe chromakey-muur, die aan de achterkant een aantal attributen herbergt; een plastic blauw pak, blauwe laarzen en nog wat blauwe dingen. Op een afstandje staat een handycam op statief die is gericht op de blauwe wand. Op het LCD-schermpje van de camera is te zien hoe een man het blauwe pak en de blauwe laarzen aantrekt en zo zichzelf tracht op te lossen in het oneindige blauw van de chromakey-muur. Wat je op het LCD-schermpje ziet lijkt de realiteit, één op één, maar de man in het blauwe pak verraadt een discrepantie in tijd, de galerie is immers in werkelijkheid leeg.

De wachtkamer (Green Room) en de blauwe wand (Blue Screen) zijn twee werken van Wesley die de kern van de tentoonstelling vormen. Binnen het domein van de televisie zijn het de ruimtes voor respectievelijk mentale preparatie en fysieke uitvoering. Gewoonlijk is datgene wat in de studio wordt opgenomen, live te volgen op een monitor in de green room. Live talkshows als die van Jonathan Ross op de BBC spelen met dat gegeven door af en toe beelden van de talkshowgasten die in de green room zitten te wachten, op te nemen in de uitzending. Wesley doet zoiets nadrukkelijk niet, hij probeert de werking van productieve (markt)systemen te becommentariëren door ze op subtiele (en vaak humoristische) wijze te saboteren. Bij hem zijn geen live-beelden uit de aanpalende ruimte te zien, maar zit je te kijken naar iemand die stoïcijns een glossy tijdschrift doorbladert, wat verwijst naar diegenen die er eigenlijk zouden moeten zitten: gladde fotomodellen en celebrities, de revue passeren.

Ook autonomere werken aan de muur, een soort schilderijen met sculpturale ambities, maken deel uit van de synthetische studio-constellatie. Reception Room en Cafeteria spreken nog voor zich, bij Torture Room en The Great Outdoors begint zich de sardonische vertwijfeling reeds af te tekenen. Deze werken spelen een geraffineerd spel met de grote bouwsels in de galerieruimte: ze zijn expansief in hun schilderij-zijn en nadrukkelijk driedimensionaal, maar belangrijker nog: ze gedragen zich veel meer als ‘echte’ kunstwerken dan de green room en blue screen, waardoor ook het productiesysteem van de kunst, zoals dat van de televisie, in deze tentoonstelling wordt ondervraagd. Wesley toont zich een onderhoudend commentator. Waar veel zogenaamd kritische kunst verzandt in slaapverwekkende betutteling van de toeschouwer, en veel zogenaamd ironische kunst uitglijdt over de bananenschil van de slechte grap, loopt Wesley schijnbaar achteloos over het koord zonder uit balans te raken.

Eric WesleyGalerie Bowie van Valen, Amsterdam

1 mei tot en met 1 juni

Xander Karskens

Recente artikelen