metropolis m

Londen

Hayward Gallery

30/01/2013 t/m 06/05/2013

Met zijn opeenvolging van zintuiglijke genoegens, wonderen en raadsels kan de Light Show bij voorbaat niet anders dan een publiekstrekker zijn. De bezoekers zijn dan ook massaal naar de Hayward Gallery toegestroomd, wat voor enorme rijen zorgt en bij sommige kunstwerken de contemplatieve kijkervaring verstoort. Maar het betekent niet dat de museumruimte is veranderd in een speeltuin die voorziet in de groeiende behoefte aan een dag je uit voor het hele gezin. Hoewel veel van de werken roepen om een vorm van interactie met het publiek, zoals het staan in de gloed van Cerith Wyn Evans’ warmteafgevende lichtpilaren en het ‘aanraken’ of lopen door de solid light kegel van Anthony McCall, blijft de Light Show voor het grootste gedeelte smaakvol en artistiek verantwoord.

Zonder de ambitie om alomvattend te zijn brengt deze overzichtstentoonstelling baanbrekende en minder bekende werken van tweeëntwintig kunstenaars samen die werken met artificieel licht (waaronder gloeilampen, neon, spotlights, projectors, lichtboxen, LED en strobe). Ze vormen daarmee een getuigenis van de verschillende toepassingen in het werk met dit artistieke medium. De vroegste werken, van pioniers in de lichtkunst als Dan Flavin, Doug Wheeler, James Turrell, Bill Culbert en Carlos Cruz-Diez, gaan terug tot de jaren zestig en zeventig. Het meeste is echter in de laatste vijf jaar gemaakt door een nieuwe generatie kunstenaars. Ondanks de technologische ontwikkelingen van de afgelopen vijf decennia en het feit dat sommige gebruikte materialen inmiddels zijn verouderd, zoals in het geval van Flavins bekende fluorescerende lichtbuizen, blijven de klassiekers in deze tentoonstelling fier overeind tegenover de nieuwere, flitsende werken als Cylinder II (2012) van Leo Villareal. Dit werk is zelfs bijna een lichtshow op zichzelf met zijn flikkerende, computergegenereerde vertoning van 19.600 witte ledlichtjes die langs metalen staven in concentrische cirkels vanaf het plafond naar beneden stromen.

Lichtkunst hoeft echter niet ingewikkeld te zijn om magisch te werken. De meest verleidelijke werken in de tentoonstelling, zoals Holes of Light (1973) van Nancy Holt en Light Bulb to Simulate Moonlight (2008) van Katie Paterson, zijn juist ontwapenend in hun eenvoud. Son et Lumiere (Le rayon vert) uit 1990 van Peter Fischli en David Weiss bestaat enkel uit een transparante, geribbelde plastic beker, een gemotoriseerde etagière en een zaklamp, die schaduwen op de muur projecteert; een knipoog naar László Moholy-Nagy’s kinetische Light Prop uit 1930.

Opvallend is dat bijna alle installaties en sculpturen met artificieel licht werken, terwijl de namen van de werken refereren aan natuurlijke fenomenen, waaronder maanlicht, het ongrijpbare fenomeen van de groene straal of de schemering van Las Vegas, zoals in Magic Hour (2004/2007) van David Batchelor. Het lijkt alsof er een poging wordt gedaan de schoonheid van de natuurverschijnselen te evenaren.

De verblinding in het begin van de tentoonstelling maakt gaandeweg plaats voor een groeiend gevoel van misselijkheid, die veroorzaakt wordt door de overmatige prikkeling van de zintuigen. Halverwege de tentoonstelling staat Slow Arc inside a Cube IV (2009) van Conrad Shawcross, een gemechaniseerde hendel met een lamp die rondbeweegt in een kooi, waardoor rasterachtige patronen op de omliggende muren en het plafond ontstaan. Het geheel sluit je in als het begin van een migraineaanval. De opeenvolgende monochrome environments in blauw, rood en groen van Chromosaturation (1965-2013) van Carlos Cruz-Diez verbeteren de situatie niet. Net zo min als de duizelingwekkende spiegelinstallaties Reality Show (Silver) uit 2010 en Burden (Lotte World Tower) uit 2011 van Iván Navarro dat doen. Het slotstuk is het zwart-witte Model for a timeless garden uit 2011 van Olafur Eliasson. Hier zien we een rij van fosforescerende waterstralen die in de lucht lijken te zweven, verlicht met een pulserend stroboscooplicht tegen een inktzwarte achtergrond.

Uiteindelijk is deze in de meeste media vrij positief beoordeelde tentoonstelling niet overweldigend. De opeenstapeling van zo veel kunstmatige wonderen, doet mij, vermoeid en uitgeput, hunkeren naar daglicht.

Agnieszka Gratza is schrijver en criticus, Londen

Agnieszka Gratza

Recente artikelen