metropolis m

Richard Venlet
Paramount Basics
(Extended)

De veranderingen in het M hka waren na het aantreden van de nieuwe directeur Bart De Baere al meteen merkbaar. Het inmiddels sterk verkalkte, officiële kunstcircuit in België had hoognodig een inspirerende impuls nodig en Bart De Baere slaagt er goed in die te geven. Richard Venlet (1964) werd in 2002 op voorstel van curator Moritz Küng uitgenodigd voor de Biënnale van Sao Paulo en om die verre investering niet zomaar te laten verdampen werd wijselijk beslist een aan het M hka aangepaste tentoonstelling te concipiëren. (Let op het wegvallen van de ‘u’ in de naam M hka – het is een ingreep van de Brusselse kunstenaar Christophe Terlinden die de zinloze letter ’u’ afschafte ten voordele van letterlijk wat meer zuurstof en ruimte voor het M hka nieuwe stijl). De tentoonstelling van Richard Venlet werd geen retrospectieve; dat kon ook moeilijk omdat heel wat ingrepen van Venlet bedacht zijn voor een specifieke ruimte. Het M hka is niet meteen bedeeld met een heldere architectuur; ook de vele storende armaturen en de opzichtige belichting vernauwen het gebouw. De centrale ingreep van Richard Venlet bestond uit het bouwen van een enorme rechte muur door de volledige benedenverdieping van het museum. Een muur van maar liefst vijfentachtig meter waarvan de ene kant bekleed was met spiegelende folie en de andere kant de ruwe houten constructie intact hield. Die muur gaf het M hka een compleet andere ruimtelijke ervaring, artistiek ingegeven door een ontkenning van de bestaande banale architectuur. Het was alsof Richard Venlet de architectuur buiten spel zette om de volle aandacht te richten op de inhoud van de kunst.

Venlet nodigde tal van bevriende, in Brussel residerende kunstenaars uit waarmee hij een soort parallel mentaal en artistiek parcours aflegde. Wat in de selectie van Venlet opviel was de besliste keuze vooral bestaande werken van de uitgenodigde kunstenaars te tonen. Op die manier wist Venlet de discussie omtrent de problematiek van het in situ te omzeilen. De spiegelende muur met hier en daar deurtjes die toegang verleenden tot de ‘andere kant’ was natuurlijk niet vrij van metaforen. Het door de spiegel lopen naar een andere werkelijkheid (Alice in Wonderland) en de spiegelmuur als letterlijk een muur van reflectie waren de aanzet om te grasduinen achter die muur, waar het wel een opslagruimte leek. Het punt van kritiek op deze knap gemonteerde tentoonstelling is dat Venlet zich omringde met zijn, in zijn eigen woorden, culturele agglomeratie. Daardoor miste de tentoonstelling weerhaakjes en volgde als een kabbelend beekje een meanderende weg langs de ‘muur’ van het weliswaar compleet anders te ervaren museum.

De tentoonstelling Paramount Basics (Extended) werd een tentoonstelling met een concept dat tegelijk twee richtingen uitging. Venlet zocht een relevante en weinig ijdele manier om zijn werk retrospectief op een rij te zetten en wist daarbij een vernieuwend model te genereren voor een groepstentoonstelling met artistieke geestverwanten. Zijn eigen oeuvre bestaat vooral uit het expliciet tonen van de condities voor het presenteren van kunst, zoals de architectuur, het licht en de allesbepalende kleur. Dit vrij radicale werk ontwikkelde zich de laatste jaren tot modellen, waarin de toeschouwer een participerende rol werd toebedeeld bij het verder ‘af’ maken van het kunstwerk, zoals bijvoorbeeld bij de modules geverfd met zwarte bordverf waarop het publiek naar hartelust met krijtjes kon tekenen, of bij de sierlijke betonnen pingpongtafel die ook in het M hka aanzette tot een ontspannend partijtje. Pingpong als metafoor voor de precisie en het inzicht die aan de basis liggen van de kunst van Venlet. De streng minimale condities blijven onveranderd verankerd in zijn artistiek streven om de kunst niet als vehikel te gebruiken voor het overdragen van verhalen. Maar zelfs een museum zoals het M hka met een nauw netwerk van suppoosten moest met lede ogen toezien dat het publiek geen respect opbracht voor kunst die uitnodigde om gemanipuleerd te worden. Een lage houten tunnelconstructie van Harald Thys en fietsen met wielen van ‘raderend’ aluminium van Ann Veronica Janssens werden doelwit van beschadiging.

In de rotonde van het museum was een volledig met spiegels beklede box te zien die af en toe weg werd geflitst door een zware lichtinterventie van Joëlle Tuerlinckx. In die box werden wekelijks kleinere Belgische organisaties uit de beeldende kunst uitgenodigd, waardoor ook een perifeer landschap van organisaties aan bod kwam, dat een frisse, anti-institutionele kijk toeliet op de complexe hedendaagse kunst. Deze tentoonstelling bracht voorts schitterend werk bij elkaar. De harde contrastrijke architectuurfoto’s in zwart en wit van Geert Goiris en de indrukwekkende panoramische, grootstedelijke beelden van Aglaia Konrad zetten hartverwarmende accenten. De verstilde witte, eenvoudige sculptuur van Gert Verhoeven combineerde perfect met de afgesloten houten geluidscabine van Christophe Fink en de videofilm van Koen Theys, waarin op basis van het principe van de Rorschach-test de muren van het ouderlijke huis van Jan Hoet (zijn vader was psychiater in Geel) zich perfect en peilloos ontdubbelden. De tentoonstelling van Venlet werd een gedroomde start voor de kersverse directeur Bart De Baere, die ook met de herschikkingen van ruimtes en collecties op de eerste verdieping van het museum bewees dat de kunst hier in Antwerpen frisser en gedurfder en met volle respect ‘leesbaar en open’ kan worden getoond.

Richard Venlet, Paramount Basics (Extended)M hka, Antwerpen

21 september – 24 november

Luk Lambrecht

Recente artikelen