Sharon Houkema: What the White Had to Say
Sharon Houkema: What the White Had to Say
outLINE, Amsterdam
De ster van de Nederlandse Sharon Houkema (1975) is rijzende. Na haar studie aan de Rietveld Academie en verschillende residencies, waaronder aan de Rijksakademie, is de kunstenaar ineens overal. Instellingen in onder andere Madrid, Liverpool, New York en Berlijn toonden onlangs haar formeel subtiele, sterk conceptuele werk.
In het Amsterdamse outLINE domineert de minimale verschijningsvorm van Houkema’s artistieke praktijk. In de ruimte bevinden zich slechts twee ingetogen werken. Pioneer 1 (2012) is een video-installatie, waarvan het scherm dwars op een wandpijler van het gebouw is geplaatst. Het witte scherm en de muur waar het tegenaan staat blijken een belangrijke rol te spelen in het werk, waarin wit centraal is gesteld – de in de kunstwereld meest omstreden en meest gebruikte ‘kleur’. Dit wit bevindt zich normaliter in de marges: het geeft de ruimte tussen de werken aan, het is kader of drager. Het moet de suggestie wekken van neutraliteit. Met Pioneer 1 verlegt Houkema in feite de grenzen van het kunstwerk, door dat wat normaal gesproken kader is tot onderwerp te verheffen.
In de videoprojectie worden reclamebeelden gecombineerd met door de kunstenaar geschoten materiaal. Je ziet personen opdoemen in een volledig witte en voortdurend veranderende omgeving. De witte vlakken in de film kunnen worden gezien als sculpturen, schuifwanden, behang of vellen papier. Bij de reclamebeelden, stockfoto’s eigenlijk, ontbreken de producten. Zo zie je modellen die volledig witte vlakken aanprijzen. Dit heeft een vervreemdende werking. Pioneer 1 is echter op zijn best als het wit de leiding neemt: de leegte wordt op deze momenten tot sturende entiteit, waarbij de ruimte bijna onzichtbaar verandert. Alleen door de aanwezigheid van de personen in de film zie je dat het wit soms voorgrond en dan weer achtergrond is.
Pioneer 2 (2012) kent een soortgelijk uitgangspunt. Het kleine werk van papier is ontstaan door het verwijderen van de advertentieruimtes uit een tijdschrift. De restvormen van vermoedelijk schreeuwerige reclames vormen nu een minimalistisch werk. Het vormenspel van uitgespaarde vierkante vlakken is niet zozeer een collage, maar eerder een ‘décollage’: juist de afwezigheid van elementen bepaalt de compositie. Het werk sluit naadloos aan bij de video-installatie, waar eveneens het onzichtbare een hoofdrol krijgt.
Sharon Houkema speelt op vertrouwde wijze met artistieke kaders, door met haar werk het aandachtspunt te verschuiven naar wat normaliter niet gezien wordt, of er in ieder geval weinig toe doet. De witruimte tussen twee kunstwerken wordt centraal gesteld, waardoor werk en kader samenvallen op manieren die doen denken aan de vroege institutionele kritiek, eind jaren zestig. Het feit dat Houkema met advertenties werkt, maakt daarnaast een meer actuele interpretatie mogelijk. Haar werk kan ook gezien worden als een commentaar op de steeds verder aan terrein winnende marktwerking. In een tijd waarin vrijwel alles wordt beoordeeld op economische waarde, kenmerkt het werk van Houkema zich juist door de letterlijke afkeer hiervan: haar werk toont een onverkoopbaar niets. Hierbij hanteert ze paradoxaal genoeg wel een vergelijkbare beeldtaal. Pioneer 1 zou namelijk ook een IKEA-reclame kunnen zijn voor een wel heel witte kast, of een ander doe-het-zelfmeubel. Met een ‘reclame’ die zich kenmerkt door de totale afwezigheid van zowel kleur, tekst als vaste vorm verkoopt Sharon Houkema ons op bijna uitdagende wijze haar wit.
Sanneke Huisman, student kunstgeschiedenis aan de Vrije Universiteit, Amsterdam
Sanneke Huisman