metropolis m

Onze Koloniale Erfenis is de nieuwe permanente tentoonstelling in het Tropenmuseum in Amsterdam. Met de koloniale geschiedenis van Nederland als uitgangspunt versterkt het museum zijn streven om eerlijk om te gaan met zijn gewelddadige verleden. De tentoonstelling werd voorafgegaan door Het Heden van het slavernijverleden (6.10.2017 t/m 25.5.2021). In deze nieuwe presentatie wordt het discours rond de vraag hoe de geschiedenis van de slavernij met zorg en rechtvaardigheid te vertellen, verder versterkt. 

Onze Koloniale Erfenis beslaat bijna de hele eerste verdieping van het museum. De grote verscheidenheid aan beelden, geluid, bewegende objecten, artefacten en kunstwerken die worden tentoongesteld, verweven zich met de complexe vragen rond de nadagen van het kolonialisme. Ze sporen ons aan om ons bewust te worden van de manier waarop de koloniale mentaliteit onze manier van kennen, gedragen, waarnemen en omgaan met de sociale omgeving en andere wezens is blijven beïnvloeden. Ik ben drie keer naar de tentoonstelling geweest en elke keer dat ik er was zag ik iets anders. 

Steeds wanneer ik er was bracht ik veel tijd door in het gedeelte waar de enorme koloniale rijkdom wordt getoond: nootmuskaat, zout, tabak, suiker, koffie, rijst, kruidnagel, bauxiet, tin, vezels, zaden, palmolie. Eén ding dat de koloniale geschiedenis ons heeft geleerd is dat rijkdom altijd gepaard gaat met een ‘vloek’, om een titel van een boek van Amitav Ghosh aan te halen – The Nutmeg’s Curse: Parables for a Planet in Crisis. In het boek van Ghosh begint met een specifieke vloek, namelijk de afslachting van het Bandanese volk tijdens de Nederlandse verovering van het Banda-eiland voor de nootmuskaat, een product van de originele bevolking dat een waardevol handelsartikel voor de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC) werd. Naarmate de natuurlijke hulpbronnen verder werden ontgonnen, breidde de ecologische vernietiging zich uit en vermenigvuldigde zich door de industrialisatie, de ontwikkeling van de mijnbouw en de plantages. Dit ging gepaard met een brede praktijk van slavernij en dwangarbeid, die nog steeds overal is terug te vinden in de moderne industrieën (zie fast food, fast fashion, enz.).

Het is interessant om te zien hoe de historische verslagen van de vernietiging verschillende vormen van materiële cultuur bevatten. Ik heb lang gekeken naar verschillende voorwerpen en artefacten die werden tentoongesteld; hun bestaan is diep geworteld in de hier beschreven duistere en gewelddadige geschiedenissen. Modelschepen dienen om de inheemse maritieme traditie, het slavenschip en de VOC-verkenningstochten te verbeelden. Een schilderij toont een groep Bandanezen die bij elkaar rond een rotan dienblad vol gedroogde nootmuskaatvruchten zitten.  Ik zie enkele ronde rotan manden, een prachtig batikpatroon met uitgespreide takken en overladen met nootmuskaatvruchten, bloemen en bladeren. Er is ook een vitrine  met opiummonsters, vergezeld van foto’s van de opiumwinkel en -fabrieken die herinneren aan de tijd dat opium een belangrijk handelsartikel werd en het instrument voor de imperialistische oorlog. De gekozen voorwerpen beperken zich niet alleen tot dingen uit het verleden, maar breiden zich uit tot het heden. De kolonisatie begon met de massale teelt van oliepalmen en de industriële ontginning van palmolie. Een foto van twee mannen die voor oliepalmen staan in de botanische tuinen van Bogor en het schilderij van Zico Albaiquni waarin de foto is verwerkt, leiden tot potten Calvé pindakaas en Oreo-chocoladekoekjes die je nu nog in de winkel kunt kopen.

Het alomtegenwoordige gebruik van deze industriële plantageproducten ontneemt bij velen het verlangen om zich kritisch af te vragen hoezeer het gemak dat dergelijke industrie ons biedt onherstelbare schade heeft toegebracht aan het milieu, waardoor de kennis van onze voorouders langzaam wordt uitgewist. De industriële plantage leidde tot nieuwe migratieroutes voor bepaalde plantsoorten, wat weer een nieuwe dimensie laat zien in de wijze waarop een nieuwe levensstijl, smaak en behoefte aan bepaalde dingen niet vrij is van gewelddadige wortels. De nieuwe voorliefde voor koffie zette VOC-spionnen ertoe aan koffie te smokkelen vanuit Mokha in Jemen. Uit de gestolen planten groeide het zaad van de koffieplantage in Indonesië. 

Tabaksplantages volgden, net als zoutwinning die verband houdt met onze tegenwoordige voorliefde voor chips, sojasaus of conserven. Het West-Indisch Huis op Sint Maarten wint al sinds 1621 zout. Midden in de presentatie daarvan zien we een voorbeeld van veerkracht. De marrons – Afrikanen en hun nakomelingen die aan de slavernij ontsnapten – creëerden innovatieve manieren om hun eigen producten te verbouwen op de ontgonnen vlaktes. Ze overleefden hiermee en met smokkel en uitwisseling van planten met andere inheemse gemeenschappen.

Het is goed dat al deze verhalen tot in detail worden verteld. Ik heb het gevoel dat de tentoonstelling al buiten begint, als je de verschillende reliëfs bekijkt die de gevel van het Tropenmuseumgebouw verfraaien. Als je de ingang van het museum nadert, zie je vier reliëfs met de vier belangrijkste handelsproducten van de VOC: rubber, tabak, suiker en rijst. In het museum, op de begane grond, is er een kleine permanente tentoonstelling What’s the Story?, die de architectonische geschiedenis van het museum en zijn oorspronkelijke doel als koloniaal museum vertelt. Als ik de gids van het museum zou zijn, zou ik de bezoekers altijd eerst langs alle reliëfs leiden die de binnen- en buitenkant van het museum versieren, gevolgd door What’s the Story, om vervolgens verder te gaan in het Onze Koloniale Erfenis

Op dezelfde verdieping waar de tentoonstelling nu is, was vroeger de permanente tentoonstelling over Indonesië. Het is belangrijk om de veranderingen te zien tussen de presentatie van toen en die van nu. Ik zie hier de Indonesische koloniale geschiedenissen vibreren met andere koloniale geschiedenissen uit verschillende contexten. Wij belichamen allemaal op de een of andere wijze de naweeën van het kolonialisme. En ook al is het ondoenlijk alles te benoemen, worden er heel veel verschillende kanten van de koloniale erfenis belicht, zijn gewetenloze exploitatie van gebieden die leefgebieden verwoestten en gewelddadigheid waarmee een onrechtvaardig systeem in stand gehouden werd. Dit is het soort tentoonstelling dat de bezoekers meer vragen stelt dan antwoorden geeft, en dat is maar goed ook.

Onze Koloniale Erfenis, nieuwe vaste opstelling, is nog geruime tijd te zien. Klik hier voor meer informatie

Nuraini Juliastuti

Gerelateerd

Recente artikelen