Sculptuur om iets mee te doen – Come Closer in Antwerpen – over de raakvlakken tussen performance en sculptuur
COME CLOSER is een samenwerking tussen het Antwerpse Middelheimmuseum en het nabijgelegen kunstcentrum DE SINGEL. Middelheim is bekend om zijn sculpturen in de buitenlucht; DE SINGEL om performances en theater. Samen onderzoeken ze de raakvlakken tussen beide disciplines met performances en sculpturen die niet alleen in beweging zijn, maar ook in beweging zetten.
Kunstenaar Dries Depoorter heeft geen moeite gedaan zijn bewakingscamera verscholen op te hangen. Zijn Surveillance Speaker V3 (2018-2024) is duidelijk zichtbaar op een mast gemonteerd. De camera registreert de bewegingen van de voorbijlopende bezoeker en geeft daar middels een AI-stem luidschallend commentaar op. Een kunstwerk dat jouw gedrag hoorbaar maakt voor iedereen: weg is de gebruikelijke anonimiteit van de kunsttoeschouwer. Ineens word je tot protagonist van een werk gemaakt.
In de expositie COME CLOSER, waar Depoorter aan deelneemt, zijn de kunstwerken eerder tools en aanjagers dan ‘objecten’ in de klassieke zin. De performances en sculpturen zijn niet alleen in beweging, ze zetten ook in beweging. Ze activeren, doen participeren, protesteren, provoceren en brengen mensen samen. De tentoonstelling is een samenwerking tussen het Antwerpse Middelheimmuseum en het nabijgelegen kunstcentrum DE SINGEL. Middelheim is bekend om zijn sculpturen in de buitenlucht; DE SINGEL om performances en theater.
In COME CLOSER onderzoeken ze de raakvlakken tussen beide disciplines. De tentoonstelling heeft twee poten: bij DE SINGEL worden podiumvoorstellingen opgevoerd, in de openlucht van het Middelheimmuseum vind je 40 sculpturen, performances en installaties van bekende en opkomende kunstenaars, opgesteld tussen de permanent tentoongestelde beelden van Middelheim. Via workshops en andere live-elementen probeert COME CLOSER het publiek uit te nodigen zich actief tot die kunst te verhouden. Het kunstpark moet een sociale sculptuur worden, zo lijkt: een levende gemeenschap.
Een kunstwerk dat jouw gedrag hoorbaar maakt voor iedereen: weg is de gebruikelijke anonimiteit van de kunsttoeschouwer. Ineens word je tot protagonist van een werk gemaakt
Ook de Britse kunstenaar Roger Hiorns nodigt de bezoeker uit zich te mengen in zijn werk. Hij flirt met het efemere, het instabiele en het veranderlijke in wat hij noemt een ‘zelfproducerende sculptuur’: twee helblauwe industriële vaten die een overborrelende schuimbubbel creëren. Op bepaalde momenten van de dag genereert een compressor reusachtige clusters bellen die over het landschap waaien. Hij noemt het een sculptuur die ‘inconsistent’ is; een anamolie in het landschap. Als de wind goed staat, strijken de schuimbellen neer over de weide, en lijkt het zelfs dat er schaapjes grazen in het Middelheimpark. Deze – letterlijk en figuurlijk – luchtige aanpak zet zowel voor kinderen als volwassenen een bepaalde speelsheid in gang en maakt van het park een plaats van ontspanning en ontsnapping.
De spanning tussen fysieke en sociale condities is de drijvende kracht achter de sculpturen van Zuzanna Czebatul. Macromolecule Expoiting Some Biological Target (2021) richt zijn pijlen op het nachtleven. Haar reusachtige monolieten verbeelden XXL-versies van populaire partydrugs. Een drie meter hoge, opblaasbare ecstasypil draagt twee simpele woorden: ‘Brain’ / ‘Drain’. Czebatul ontmantelt in haar werken culturele symbolen. De bittere pil monumentaliseert de euforie van de nachtelijke escapade, terwijl de pneumatische aard ervan (er moet steeds weer lucht in worden geblazen) het gebrek aan blijvende verandering onderstreept.
COME CLOSER kwam voort uit de behoefte van Middelheim om de publieke sculptuur, die het al sinds de jaren zestig huisvest, aan te vullen, zo niet het perspectief erop grondig te herzien. Het park heeft een naam op dat vlak, door met enige regelmaat nieuwe en soms de conventies uitdagende werken op te nemen, zeker in de tijdelijke projecten. Met de samenwerking met DE SINGEL gaat het nog een stap verder, door tijdelijkheid niet alleen toe te laten, maar zelfs centraal te stellen.
Wandelen door het Middelheimpark brengt een zekere reflectie of activatie met zich mee over de positie die je inneemt en de interactie met je omgeving. Sommige werken loop je voorbij of gun je een korte blik, andere activeren en vragen verder onderzoek. De kracht van COME CLOSER is dat de muur tussen kunst en toeschouwer wordt gebroken. Er staat geen podium voor jou, geen glas rond schilderijen en geen streep ‘niet betreden’. De wandelaar doopt zich niet enkel tot toeschouwer, maar in sommige gevallen ook als deel van het werk.
De werken staan symbool voor het allesverslindende systeem van consumptie en kapitalisme, waarin mensen, grondstoffen en landschappen uitgeput worden. De drang naar steeds grotere welvaart en steeds meer plezier lijkt eindeloos. Czetabul stelt ons voor een raadsel: staan de pillen voor een geheime economie van het nachtleven, of zijn de euforische drugs met hun onvermijdelijke kater een symbool van onze consumptiemaatschappij die op hol slaat?
Dat lukt het best bij Joan Jonas, die al 50 jaar experimenteert met performances waarin meerdere camera’s en schermen een rol spelen. Haar combinaties van videomonitoren en spiegels zijn hier direct op de bosgrond geplaatst. Tussen de beukenbomen van het park toont ze Mirror Room III Outdoor, een herwerking van een installatie die ze al in 1968 presenteerde. Pieter Boons legt uit dat Jonas nadenkt ‘hoe efemere performances kunnen voortleven.’ Via spiegels worden de toeschouwer en het omliggende landschap op hetzelfde podium geplaatst. De blik wordt naar binnen gekeerd. Het contrast nodigt uit om na te denken over de interactie tussen de mens en zijn omgeving. In deze spiegelende ruimte komen voorwerpen uit eerder opgevoerde performances samen, voor het eerst in openlucht. De objecten verwijzen naar memorabele momenten uit Jonas’ artistieke praktijk. Ze vormen sporen van de performers, stand-ins; als schatkamer of archief. Gedurende de openingsweken van COME CLOSER zullen verschillende historische performances met spiegels uit de jaren zeventig gerecreëerd worden.
COME CLOSER zoekt naar manieren alle publieksgroepen uit de samenleving een stem te geven. Zo is er ook een verwijzing naar traditionele Nigeriaanse rituelen te vinden in Temitayo Ogunbiyi’s werk You will Make Wishes for your Neighbour (54 days), (2024). Afgietsels van maalstenen liggen in het gras. Traditioneel werden deze platte stenen in Nigeria (het thuisland van de kunstenaar) gebruikt om planten, bonen en pepers te verpulveren. Ze hebben echter ook een rituele betekenis. Ogunbiyi nodigt je uit om de mallen aan te raken en een wens te doen voor jezelf of voor een ander.
In DE SINGEL vormde Temitayo het geasfalteerd voorpleintje om tot een groene speel- en kruidentuin. De speelstructuren zijn gemaakt voor kinderen, een publiek dat de kunstenaar in haar praktijk als prioriteit beschouwt. Lange, metalen speelelementen in roestvrij staal en raffia stellen de wandelroute voor tussen Antwerpen en Lagos. De vorm van de speeltoestellen is gebaseerd op dit imaginair traject die ontelbare gemeenschappen met elkaar verbindt.
Die interculturele verbondenheid zie je ook terug in de kruidentuin. Rondom de speeltuin zijn inheemse Vlaamse gewassen aangelegd naast planten die in Lagos en elders populair zijn. Ze groeien samen, als ode aan de verschillende gemeenschappen die vanuit de hele wereld in Antwerpen zijn neergestreken. De lokale gemeenschappen waren actief betrokken bij het samenstellen van deze kruidentuin en dat voel je. Verschillende gemeenschappen waren betrokken bij het doen groeien en bloeien van de kruidentuin. Ecologie én diversiteit vormen hier de uitgangspunten.
In DE SINGEL is ook de nieuwe voorstelling van choreografe en kunstenaar Amanda Piña te zien, getiteld To Bloom () Florecimiento. Het werk van Piña richt zich op de dekolonisatie van kunst, zowel in beeldende kunst als podiumkunsten. In haar performance gebruikte ze handgemaakte netten, vervaardigd volgens de oude traditie van het Maya-hangmatweven, een ambacht dat nog steeds leeft op het schiereiland Yucatán. Deze hangmatweefsels, die collectief zijn gemaakt, symboliseren inheemse vormen van verzet en staan ook voor rust en contemplatie.
‘De hangmatten zijn vervaardigd in rotan,’ vertelt Piña. ‘Rotan is erg interessant omdat het deel uitmaakte van de handelsroute die ook de slavenhandel omvatte, en vanwege het gebruik ervan als zweep, om discipline op te leggen. Het werk praat over oceaanstromingen, driehoeksmetingen door het water (Amerika, Afrika, Europa), migraties en de roekeloze winning van kostbare grondstoffen.’ De choreografie is gebaseerd op de bewegingen van oeroude onderwaterdiersoorten zoals sponzen, cnidaria (kwallen), weekdieren en stekelhuidigen. De installatieperformance combineert de ritmes van het leven in de zee met Afro-diasporische mythen uit de Caraïben en Zuid-Amerika. Performers en publiek worden op een groot zandoppervlak geplaatst, waardoor het traditionele podium is afgeschaft. Het publiek schuift mee over het toneel als een soort eb- en vloedstroming.
De polarisatie in de wereld laat ook COME CLOSER niet ongemoeid. Tot de meest politiek relevante acties behoren de zwarte vlaggen van Canadees-Poolse choreografe en performer Ula Sickle. Zwarte vlaggen als symbool van protest en veerkracht waarbij het individuele gebaar een collectieve en universele verantwoordelijkheid wordt.
Ga je dichtbij een kunstwerk staan om ermee te interageren? Of passeer je het vluchtig tijdens je middagwandeling?
In een langdurige performance van meerdere uren zwaait een groep performers een zwarte vlag. Hun constante beweging is een fascinerende uithoudingstest. De vlag beweegt heen en weer tussen hoop, weerstand en machteloosheid. Elke performer afzonderlijk houdt de vlag mee in beweging, maar het is vooral de gezamenlijke inspanning die het werk Relay zo krachtig maakt. Het kunstwerk is geïnspireerd op de vele recente protesten over de hele wereld, en in het bijzonder de Czarny Protest (Zwart protest) in Polen, de massamars voor de rechten van de vrouw. Maar de zwarte vlag is niet gekoppeld aan één enkel protest. Het is een krachtig symbool voor meerdere momenten waarop mensen iets of iemand aanklagen.
Protesten kunnen veel vormen aannemen met soms compleet tegenovergestelde waarden, eisen en aanklachten. Wat moet je als bezoeker toeschrijven aan één kleur? Kan je als toeschouwer een eigen strijd of aanklacht projecteren op de zwarte stof of absorbeert het de toegang tot eigen interpretatie?
COME CLOSER tracht via een brede waaier aan sculpturen en performances de juiste snaar aan te raken bij de bezoekers. Of de tentoonstelling haar doel bereikt, hangt deels af van de bereidheid van de toeschouwer om actief deel te nemen en na te denken over hun rol bij de getoonde werken. Ga je dichtbij een kunstwerk staan om ermee te interageren? Of passeer je het vluchtig tijdens je middagwandeling?
De uitgespreide opstelling en de afwezigheid van een vast parcours zorgt dat elk beeld voor zichzelf moet spreken. Elk werk moet autonoom communiceren met de toeschouwer. Of het nu een kinetische of statische sculptuur is, beide moeten de lege ruimte rond hen activeren tot een plek van ontmoeting, reflectie en interactie. COME CLOSER probeert steeds deze contradictie op te zoeken en te doorbreken. De activatiemomenten dopen de bezoekers niet enkel tot toeschouwers, maar tevens tot een onlosmakelijk onderdeel van het werk.
De tentoonstelling in het Middelheimmuseum (tot 29 september 2024) is gratis toegankelijk. De voorstellingen en performances, waarvan de meeste gratis toegankelijk zijn, vinden plaats in het park en in de ruimtes van DE SINGEL. Kijk voor data en tijdstippen in de komende weekenden op www.comecloser.be
Eleonoor Kenis
is Projectmedewerker Hedendaagse Kunst bij M Leuven